N.B.:
Wacht altijd totdat de motor naar behoren is opgewarmd voordat u het motortoerental opdrijft.
Uw ST-voertuig is uitgerust met een functie voor toerentalbegrenzing om het prestatiebereik te verbeteren. Het standaard maximale motortoerental, 6300 omw/min, wordt aangeduid door een smalle rode streep op de wijzerplaat van de toerenteller. De rode streep wordt dikker in het bereik van de motortoerentalbegrenzing bij 6600 omw/min.
Met deze functie kan het motortoerental één seconde lang boven 6300 omw/min gaan. Wanneer één seconde is bereikt, wordt het elektronisch geregelde motortoerental gereduceerd tot 6300 omw/min. Wanneer het motortoerental onder 6100 omw/min daalt, wordt de timer voor toerentalbegrenzing gereset en wordt het maximale motortoerental van 6600 omw/min gedurende één seconde weer ingeschakeld.
Laat de motor niet langdurig draaien tegen een hoog toerental en lage belasting, om schade te voorkomen.