- Selecteer Instellingen met de bedieningstoetsen voor het informatiedisplay op het stuurwiel.
- Selecteer Voertuiginstellingen.
- Selecteer Starten op afstand.
- Selecteer Temp.-regeling.
- Schakel Automatisch in.
N.B.:
Als u de automatische modus inschakelt, probeert het systeem het interieur te verwarmen of af te koelen tot 22 °C.
N.B.:
Wanneer u de motor op afstand start, kunt u de instellingen voor klimaatregeling niet aanpassen totdat u de auto start.
N.B.:
Wanneer u het contact aanzet, keert het klimaatregelsysteem terug naar de laatst gebruikte instellingen.
N.B.:
Bij koud weer kunnen de verwarmde voorruit, verwarmde achterruit, verwarmde spiegels, stoelverwarming en verwarmd stuurwiel worden ingeschakeld. Bij warm weer kan de stoelventilatie worden ingeschakeld.